Simonette de Vriese en Jos van Mosel
Omdat we een vrijstaand huis hebben, is er veel groen rondom het huis, en dat is ook de charme van onze tuin. Het is meteen ook een puzzel, omdat het daardoor een schaduwtuin is.
De laatste jaren heeft de tuin te weinig zorg gehad. Daar hoop ik nu verandering in te kunnen brengen.
Op zich is het gelukt om steeds afwisselend bloeiende planten te hebben. Eerst de camelia’s, dan de verschillende bollen. In april veel bluebells. Dan eind mei en vooral begin juni staat de tuin in het teken van de witte klimrozen, gewone klimrozen en verschillende ramblers. Dat is echt een plaatje. Op de tuinendag zijn ze waarschijnlijk voor een groot deel uitgebloeid. Dan is het wachten op de vaste planten in de zomer, zoals phloxen.
Het zonnigste deel van de tuin is het terras. Daar vul ik altijd veel potten met eenjarigen, waar we de hele zomer plezier van hebben. Rondom het huis staan hortensia’s, vooral voor het huis.
De zijtuinen krijgen wat minder aandacht. Daar staan ook de nodige bodembedekkers, zoals ooievaarsbek en maagdenpalm.
Ik probeer vaak maar wat in de tuin. Zet er dingen in, die niet terugkomen. Soms gaat het op de ene plek wel goed, de andere niet, zonder dat me duidelijk wordt waarom. Rodgersia’s willen op de ene schaduwplek wel, de andere niet. Riddersporen overleven het niet lang al staan ze goed zonnig. Maar daar houd ik zoveel van, dat ik ze dan weer opnieuw plant.
Zo blijft het een zoeken. Resultaat is, dat het er over het algemeen best fijn uitziet.